Gegevens verzenden of ontvangen via IR
1. Zorg ervoor dat de IR-poorten van het verzendende en het ontvangende apparaat naar elkaar toe
gericht zijn en dat zich tussen deze apparaten geen obstakels bevinden. De aanbevolen afstand
tussen beide apparaten is ten hoogste één meter.
2. Wanneer u gegevens ontvangt via IR, activeert u de IR-poort van de telefoon door het menu
Infrarood
(menu 9) te openen.
3. De gebruiker van het zendende toestel selecteert vervolgens de gewenste IR-functie om de
datatransmissie te starten.
Als de datatransmissie niet binnen twee minuten na het activeren van de IR-poort wordt gestart,
wordt de verbinding verbroken en moet u opnieuw beginnen.
Opmerking: Uw telefoon is een laserproduct uit Klasse 1.
©2000 Nokia Mobile Phones. All rights reserved.
Menufun
cties
93
Menufun
cties